Burgers willen meer en nadrukkelijker zelf invloed hebben op hun eigen en de collectieve leefomgeving. Overheden worstelen met dit, an sich legitieme, vraagstuk, met name hoe dit vorm en inhoud gegeven moet worden binnen de vastgelegde kaders. De huidige procesgang in de relatie tussen burgers en overheden bij leefomgevingsingrijpen is gebaseerd op het aloude vierluik (spoor 1): de overheid informeert de belanghebbende burgers over haar voornemens, burgers kunnen zienswijzen indienen, die al dan niet meegenomen worden, daarna bestaat de mogelijkheid van bezwaar aantekenen (niet bindend), en tot slot kan een beroepsprocedure bij de Raad van State worden doorlopen (wel bindend maar steeds minder effectief). Kortom, een erg defensieve en steeds minder resultaatgerichte benadering. De auteurs van deze bijdrage pleiten nu voor de ontwikkeling van een tweede spoor waarbij constructieve burgerparticipatie via samenspraak en samenwerking optrekt met het bevoegd gezag om vaak sneller en goedkoper tot projectresultaten met draagvlak te komen. Helaas zijn zowel aan de zijde van de burgers als bij veel overheden de noodzakelijke randvoorwaarden nog niet ingevuld om deze coproductie op voorhand succesvol te laten verlopen. De auteurs doen een oproep aan bestuurders en politici om hier invulling aan te geven. Praktijkervaringen wijzen uit dat constructieve burgerparticipatie veel meerwaarde heeft, met name ook voor overheden. |
Verfijn uw zoekresultaat
Essay |
|
Tijdschrift | Beleidsonderzoek Online, december 2016 |
Auteurs | Tjeerd Bandringa en Rob van Engelenburg |
SamenvattingAuteursinformatie |
Toont 1 gevonden tekst
U kunt door de volledige tekst zoeken naar alle artikelen door uw zoekterm in het zoekveld in te vullen. Als u op de knop 'Zoek' heeft geklikt komt u op de zoekresultatenpagina met filters, die u helpen om snel bij het door u gezochte artikel te komen. Er zijn op dit moment twee filters: rubriek en jaar.